NO-REGRET MAATREGELEN – STAP VOOR STAP VERBOUWEN

Als je je huis energieneutraal wilt maken, is het handig om eerst te isoleren, dan het verwarmingssysteem te kiezen, en daarna zonnepanelen te installeren. Zo krijg je geen spijt van te vroeg gemaakte keuzes.

Het voordeel van stap voor stap verbouwen is dat je kunt aansluiten bij onderhoud dat toch al nodig is. Zijn je kozijnen aan vervanging toe maar is je cv-installatie net nieuw? Dan vervang je nu de kozijnen en laat je meteen triple glas (driedubbel isolatieglas) plaatsen.Wil je een nieuwe vloer in je huiskamer? Zorg dan meteen voor goede vloerisolatie en laat alvast de leidingen leggen voor het nieuwe warmtesysteem.

STAP 1 – ISOLEREN: DOE HET METEEN GOED!

Een dikkere laag isolatiemateriaal kost nauwelijks meer geld, maar geeft wel een flinke besparing op je energieverbruik voor verwarming Met een dikke laag isolatie hoef je dus minder duurzame energie op te wekken. Voor welke isolatiewaarde (Rc-waarde) kun je het beste kiezen?

Gevelisolatie: met een warmteweerstand Rc van minimaal 4,5
Dakisolatie: met een warmteweerstand Rc van minimaal 6,0
Vloerisolatie: met een warmteweerstand Rc van minimaal 5,0

Bij een bestaande woning is het niet altijd gemakkelijk of zelfs onmogelijk om deze isolatiewaarden te bereiken. Je zult dan wat minder energie besparen worden. Door zelf meer energie op te wekken, kun je zover gaan dat je zelfs een energieneutrale woning kunt realiseren.

Spouwmuur- en Gevelisolatie

Heeft je woning een spouwmuur? Dan is het verstandig om die te laten vullen met isolatiemateriaal (als dat kan). Spouwmuurisolatie is één van de meest renderende isolatiemaatregelen. Kijk voor meer informatie over “SPOUWMUURISOLATIE” in het menu “ENERGIEBESPARING“

Maar de spouwbreedte van oudere woningen is vaak niet breder dan 4 of 6 cm. Om dan een warmteweerstand Rc van 4,5 te halen, zul je ook je gevel aan de binnen- of buitenkant moeten isoleren. De gevel moet dan aan de binnenzijde (met een voorzetwand) of aan de buitenkant (buitengevelisolatie) geïsoleerd worden.

(Er is één uitzondering ben je van plan om binnen 4 jaar de gevel van buitenaf te laten isoleren en wordt daarbij de buitenste muur van de spouwmuur weggehaald? Dan is spouwmuurisolatie niet zinvol, omdat je de kosten daarvan niet binnen 4 jaar terugverdient.)

Meer over “GEVELISOLATIE” in het menu “ENERGIEBESPARING“

Dakisolatie

Ga je je dak isoleren en moeten ook je dakpannen worden vervangen (bij een schuin dak)?
Vervang je dakpannen aan de zuid-, oost- en westzijde door een geïntegreerd dak met isolatie, zonnepanelen en een zonneboiler. Pas wel op als je ook al dakisolatie aan de binnenkant van het dak hebt. Je moet dan de warmteweerstand van de toegevoegde isolatie afstemmen op de bestaande , onderliggende isolatie. Zie voor meer informatie over het isoleren van het dak onder “DAKISOLATIE” in het menu “ENERGIEBESPARING“.

Zorg dat er geen schaduw op de zonnepanelen valt. Plaats daarom een dakkapel het liefst op de noordzijde van het dak, net als ventilatiepijpen en rookgaskanalen (die kunnen ook in de nok). Neem schuine dakramen in hetzelfde formaat als de zonnepanelen, zodat de zonnepanelen goed passen.

Vloerisolatie

Koude voeten zijn echt oncomfortabel. Meestal wordt dan de kamerstaat weer wat hoger gezet, maar de koude voeten blijven! Daarom is een warme vloer belangrijker dan meestal gedacht wordt.
Uitgaande van een beganegrond-vloer met daaronder een kruipruimte, zijn er verschillende manieren om de vloer te isoleren:
– Vloerisolatie aangebracht tegen de onderkant van de vloer
– Isoleren van de bodem van de kruipruimte.
– Vloerisolatie boven op de vloer.
Vaak is het nodig of aanbevolen een nieuwe of aanvullende ventilatie van de kruipruimte te maken. Bij een natte of vochtige kruipruimtebodem is het misschien ook raadzaam een afdichtende folie aan te brengen die voorkomt dat overmatig veel vocht in de geïsoleerde kruipruimte komt.
De kosten voor deze aanvullende voorzieningen zijn beperkt.
Vanzelfsprekend kan ook een vloer boven (niet verwarmde) kelder aan de onderzijde vrij gemakkelijk geïsoleerd worden.

Er zijn ook beganegrondvloeren direct op de ondergrond gestort en dan is er geen kruipruimte aanwezig en is alleen een isolatie aan de bovenkant mogelijk. Zo’n isolatie aan de bovenkant heeft veel bijkomende consequenties: de isolatiedikte en de nieuwe vloerafwerking vereist dan aanpassing van drempels, deuren (en kozijnen) maar soms ook de aansluiting op trappen, omdat de aantrede van de trap verstoord wordt. Dat kan dus veel consequenties hebben.
Zie voor meer informatie over vloerisolatie “VLOERISOLATIE” in het menu “ENERGIEBSPARING“

Isolerend glas

Ramen, met beglazing en kozijnen, zijn relatief grote warmtelekken in oudere en bestaande woningen. Isolerende beglazing, met het liefst ook nieuwe hoogwaardig geïsoleerde kozijnen, zijn bouwelementen waar veel energiewinst (en comfortwinst) behaald kan worden. zie ook
Ga je je kozijnen vervangen? Neem dan meteen driedubbel HR++ glas. Dat is nauwelijks duurder dan gewoon HR++-glas, maar heeft een betere isolatiewaarde.
Driedubbel HR++-glas wordt ook wel triple glas, driedubbel glas of HR++ drievoudig glas genoemd.
Meer over “ISOLERENDE BEGLAZING” in het menu “ENERGIEBESPARING“

STAP 2 – BEDENK WELK VERWARMINGSSYSTEEM JE STRAKS WILT HEBBEN

Bedenk al voor je met isoleren begint wat voor verwarmingssysteem je straks wilt hebben. Je kunt dan meteen de juiste leidingen laten aan leggen, als je de vloer of muur moet aanpassen (in geval van lagetemperatuurverwarming in je vloer – vloerverwarming – of in de muur.

Warmtepomp

Voor bestaande huizen heb je meestal de keuze tussen een elektrische warmtepomp met lucht als bron of een hybride met een HR-Combiketel.

Vloer-of wandverwarming

Bedenk van tevoren welk systeem je wilt (in de vloer of wand, convectoren of niet) en houd daar rekening mee met al je andere maatregelen.
Om de ruimtes te verwarmen kun je kiezen voor vloerverwarming of wandverwarming, of voor lage-temperatuur-radiatoren (Low H2O) of -convectoren. Eventueel kun je de bestaande radiatoren blijven gebruiken, want na verbetering van de isolatie en ventilatie hebben de radiatoren overcapaciteit en kunnen ze ook met een lage temperatuur je huis verwarmen.

Houtpelletkachel

Neem liever een warmtepomp dan een houtpelletkachel: die laatste is minder goed voor het milieu en de gezondheid, omdat er fijnstof vrijkomt.

Ook het argument dat de houtpellets een vorm van hernieuwbare en dus schone energie zijn, is omstreden: hernieuwbaar is eigenlijk alleen van toepassing als, in dit geval hout, binnen de toepassing ervan – hier brandstof – weer na groeit en geoogst kan worden. Hout groeit nergens zo snel als de tijd dat u de pellets opstookt! Voor constructiehout ligt dat anders: de toepassing als balk of kolom in een gebouw is toch veelal 50, 75 of nog meer jaren. In die tijd groeit er weer een nieuwe boom. Constructiehout kan als een hernieuwbaar (bouw-)materiaal bestempeld worden, maar houtpellets als brandstof niet. Ook worden de pellets veelal over vele duizenden kilometers aangevoerd: per schip, trein en vrachtwagen uit Noord en Zuid Amerika en uit oost Europa.

STAP 3 – BEPERK JE STROOMVERBRUIK

Kijk als laatste hoe je je stroomverbruik kunt verminderen. Kies voor zeer zuinige apparaten en ledverlichting. Je hoeft dan minder energie op te wekken om nul op de meter te hebben.

Reken daarna uit hoeveel energie je straks nog nodig hebt. Je weet dan hoeveel zonnepanelen je moet plaatsen. Houd daarbij rekening met de toekomst.
De volgende vragen kun je jezelf bijvoorbeeld stellen: heb je een klein dakoppervlak? Dan moet je misschien kiezen tussen (meer) zonnepanelen of een zonneboiler.
Bedenk goed hoeveel energie je straks nodig hebt in je goed geisoleerde huis. Hoeveel stroom gebruiken je elektrische apparaten? Hoeveel bespaar je als je ze vervangt door zeer zuinige apparaten? Wat heeft je warmtepomp nodig? Wil je straks ook je elektrische auto opladen met zonne-energie? En hoe groot is je huishouden straks? Gaan je kinderen snel het huis uit of begin je net aan een gezin? Met 2 personen betaalt een zonneboiler zich namelijk minder snel uit.

NOG MEER TIPS

Ga je je badkamer verbouwen? Dan is dit het moment om na te denken over een douche-wtw. Zo’n wtw (warmteterugwinningssysteem) gebruikt de warmte van het wegstromende douchewater om het koude leidingwater voor te verwarmen.

Monitor je energieverbruik met een energieverbruiksmanager.  Je weet dan hoeveel energie je nodig hebt en op welke momenten.
Kies een energieverbruiksmanager die gas- en stroomverbruik meet. Dat helpt bij de keuze van je maatregelen.

Een goed geïsoleerd huis is goed winddicht (luchtdicht). Dan is ventilatie extra belangrijk: in een energieneutraal huis heb je goede, energiezuinige ventilatie nodig.  Denk dan aan balansventilatie of vraaggestuurde ventilatie.
Kies een systeem met warmteterugwinning, dat is energiezuinig.
Houd bij het isoleren van je huis rekening met je toekomstige ventilatiesysteem. Waar komen de roosters, waar lopen de buizen en de bedrading